Terug naar blogoverzicht

Geef me de ruimte!

Meestal blik ik terug op het jaar in mijn kerstvakantie, maar deze keer kwam mijn terug- en vooruitkijkmoment wat later in januari van dit nieuwe jaar. De kerstvakantie was een fijne periode waarin ik even laptoploos was. Ik nam de tijd voor een stapel (kinder) boeken die al een tijdje klaar lagen om gelezen te worden. Op de een of andere manier ontstaat er dan ook ruimte in mijn hoofd voor nieuwe ideeën en plannen. Heerlijk om zo het nieuwe jaar te beginnen.

Leesplezier

‘Hoe meer je leest, hoe vrijer je wordt’ sprak kinderboekenschrijver Bibi Dumon Tak in het programma Zomergasten. Ze beschreef waarom lezen zo belangrijk is, niet alleen voor jezelf maar ook voor anderen, omdat je door lezen de wereld en iedereen die daarop leeft, leert kennen.
Misschien heb je als lezer van dit blog de titel ook wel herkend als de titel van een jeugdboek van de schrijfster Thea Beckman. Ik weet nog dat ik haar boeken stuk voor stuk verslond op de basisschool. Toen was ik vooral geïnteresseerd in de belevenissen van de hoofdpersonen, de avonturen die ze beleefden, de plaatsen waar ze naartoe reisden en de mensen die ze onderweg leerden kennen. Nu, ruim 30 jaar later, zou je de boeken kunnen herlezen en moeiteloos politiek-bestuurlijke thema’s, morele vraagstukken en een verrassend perspectief op de rol van mannen en vrouwen in de samenleving kunnen herkennen. Wat bijzonder dat een boek door de tijd heen actueel kan blijven en door de bril van het moment gelezen kan worden.

Heel onderwijsland was de afgelopen maanden lichtelijk van slag door de berichtgeving in de media over het leesniveau en leesplezier van kinderen in het basis- en voortgezet onderwijs

Prinses Arabella en vakliteratuur

Boeken en literatuur kwamen de afgelopen weken op verschillende manieren en in diverse overleggen en lessen steeds naar voren. Heel onderwijsland was de afgelopen maanden lichtelijk van slag door de berichtgeving in de media over het leesniveau en leesplezier van kinderen in het basis- en voortgezet onderwijs.
Binnen ons team op de Pabo was dit dan ook regelmatig onderwerp van gesprek. Wat betekent dit voor ons onderwijs op de opleiding? Hoeveel lezen onze studenten eigenlijk? Wat doen we om onze studenten op dit thema kwalitatief goed onderwijs te bieden? Hoe zorgen we ervoor dat zij vervolgens de vertaalslag kunnen maken naar hun eigen onderwijspraktijk? Dankzij onze nauwe samenwerking met de praktijk blijven wij als docenten scherp. Tijdens het evalueren van een onderwijsmodule bespraken we met collega’s het belang van het begeleiden van studenten bij het zoeken van passende literatuur om het eigen handelen te onderbouwen. We bespraken ook hoe we tot keuzes kwamen voor de literatuurlijst die studenten ontvangen bij de start van het studiejaar.

Met een student raakte ik in gesprek over diversiteit en representatie van verschillende culturele achtergronden in de (prenten)boeken op haar school. Uiteindelijk ging de student met een prentenboek van Prinses Arabella naar huis, klaar om voor te lezen in haar kleutergroep.

Diversiteit en ruimte

Bovenstaande geeft denk ik mooi weer hoe divers en dynamisch het werken als docent in het hbo is. Van gesprekken met studenten over leermiddelen in hun stagepraktijk tot waardevolle gesprekken met collega’s over de inhoud van curriculum en de vorming van (startende) professionals.. Wat me hierbij aanspreekt (en dat wat besefte ik in mijn laptoploze kerstvakantieweek), is de ruimte die er is om afstemming met de beroepspraktijk te zoeken bij het vormgeven van ons onderwijs. We hebben de ruimte om keuzes te maken die passen bij vraagstukken uit de praktijk, om de actualiteit te gebruiken als kapstok voor onze lessen en daarbij te bouwen op literatuur om ons handelen te verantwoorden.

Soms moet je dingen gewoon doen

Gewoon doen

Die ruimte kun je voelen, maar des te mooier is het als je de ruimte als professional ook ziet en pakt. Ik denk dat daar ook de betekenisvolle momenten liggen als docent en uiteindelijk voor onze studenten als juf of meester in hun eigen basisschoolklas. Mijn collega beschreef dit heel treffend: ‘Soms moet je dingen gewoon doen’. Ik denk dat hij hiermee de spijker op zijn kop sloeg. Je kunt heel veel literatuur lezen en alle onderbouwing verzamelen die er is, maar het gaat uiteindelijk om de ruimte benutten. Het moment pakken en actie ondernemen.

Nadruk op ‘we’

Een heel concreet voorbeeld van ‘gewoon doen’ was het anders organiseren van onze begeleiding aan studenten in de afstudeerfase van hun studie. W hadden een idee verdiepten ons om ons handelen te onderbouwen, zagen ruimte en zijn het gewoon gaan doen. Hierbij ligt de nadruk speciaal op ‘we’. Samen met collega’s onze professionele vrijheid en ruimte benutten om het onderwijs voor onze studenten te verbeteren, is namelijk extra leuk.