Terug naar blogoverzicht

Word geen vakkenvuller!

Als je begint als docent, moet je oppassen dat je geen ‘vakkenvuller’ wordt. De verleiding is groot om tegen alles maar ja te zeggen. Ik zie het om me heen gebeuren, en ben daar zelf ook ingestonken. Dat komt je manier van lesgeven niet ten goede. Het vervelende is dat, als je “ja” zegt tegen het geven van een vak waar je minder vanaf weet, je een tweefronten-oorlog voert. Je bent druk bezig met lesgeven, én je bent druk met denken over de inhoud. Dat laatste wil je niet. Je wilt het vooral hebben over iets waar je veel vanaf weet, zodat al je aandacht kan gaan naar die nieuwe ervaring: lesgeven. En misschien nog belangrijker: kan reageren op dat wat de klas je geeft.

Eerste les op gevoel

Mijn allereerste lesreeks ging gelukkig wel over een onderwerp dat me na aan het hart lag, en waar ik vanuit de praktijk veel ervaring mee had: motivatie en beloning. En dus had ik alle tijd om me druk te maken over de les, de werkvorm en hoe ik in vredesnaam die studenten in toom kon houden. En daar ging ik, gewapend met mijn PowerPoint de les in.

Ik ben begonnen met kennismaken en heb vervolgens gevraagd wat ze van beloning afwisten. Ik wilde graag weten wat voor vlees ik in de kuip had. Ik was in gesprek met de klas over beloning, motivatie, banken en bonussen. We hadden nog geen slide bekeken, maar ondertussen kwam ik erachter dat we stiekem wel alle relevante onderwerpen behandelden. Hoe werkt zo’n bonus? En werkt het überhaupt wel? Hoe wordt iemand gemotiveerd, intern of extern? Hier en daar heb ik nog een slide met een kernboodschap laten zien, en uiteindelijk ben ik opgelucht en zelfs tevreden teruggelopen naar de docentenkamer.

Twijfel

Blij dus, en opgelucht. Maar ook vertwijfeld. Want als dit zo goed werkt en de studenten enthousiast worden door het zo te bespreken, waarom krijg ik dan een PowerPoint opgestuurd met het verzoek deze te gebruiken? Waarom moet ik in 2×45 minuten 40 slides er doorheen rammen? Dat wordt dan toch een vrij eenzijdig verhaal? En erger nog, het leuke van lesgeven is niet het vertellen van een verhaal, maar het horen wat het verhaal van de studenten is.

Mijn rol als docent: af en toe wat sturen, vragen naar wat het nieuws van die dag betekent voor ons vak, soms iets vertellen en uitleggen, en vaak voorbeelden geven uit de praktijk waardoor de theorie te plaatsen is.

Eigen invulling voelt goed

Ik heb de slides erbij gepakt en ben aan het sleutelen gegaan. En toen begon het echt leuk te worden. In plaats van het afdraaien van een les kon ik zelf bouwen aan de invulling van de les. Zolang ik maar goed in de gaten hield wat ze aan het eind van de les moesten weten. Het kan dus! Mijn droombaan was zojuist nog een beetje leuker geworden. In plaats van een theorieles heb ik een debat georganiseerd. Ik heb ze niets verteld of uitgelegd, en een fantastisch debat gehoord over beloning, de voor- en nadelen. Ik heb een fragment van Gordon Ramsay’s ‘Kitchen Nightmares’ laten zien. Verandermanagement in een snelkookpan, wat een stress dát teweegbrengt. Draafde ik door? Ach, wie zal het zeggen. Het leverde in ieder geval prachtige adviesrapporten van de studenten op en een goede beoordeling. Dus kwaliteit én leuk. En natuurlijk gaat het ook wel eens mis. Soms heb ik een les, waarin de gekozen metafoor of aanpak de plank totaal misslaat. En so be it. Als je iets nieuws probeert, zit het soms even tegen.

PowerPoint, basis of naslagwerk?

Na deze lessenreeks over beloning moest ik een vak geven waar ik niet veel ervaring mee had. Ineens was die PowerPoint echt mijn life saver. ‘Hoe val ik zo laat mogelijk door de mand…’. Zo was lesgeven niet leuk en kostte het veel energie.

We zijn nu bijna twee jaar verder en ik zie nog steeds overal standaard PowerPoints. En het is logisch: als tien docenten hetzelfde vak geven, wil je ook dat ze alle tien hetzelfde verhaal vertellen. Maar vraag jezelf af: zijn het ook 10 dezelfde klassen? Met dezelfde studenten en achtergronden, dezelfde vragen, hetzelfde toekomstbeeld? Bovendien, de slides zijn beschikbaar en studenten kunnen die zelf lezen en leren.

Durf af te wijken van het script

Wat ik interessant vind: Wat betekent de lesstof in de praktijk (het blijft uiteindelijk een hbo)? Wat zijn de verbanden? Daarmee gaan ze aan de slag. Mijn rol als docent: af en toe wat sturen, vragen naar wat het nieuws van die dag betekent voor ons vak, soms iets vertellen en uitleggen, en vaak voorbeelden geven uit de praktijk waardoor de theorie te plaatsen is. Maar vooral: hen het verhaal laten vertellen. Laat de studenten maar bepalen wat er in de les precies aan bod moet komen, ik bewaak wel of we echt de belangrijkste onderwerpen bespreken. Dit kan alleen als je de stof volledig beheerst en dus kunt improviseren en durft af te wijken van het script. Geen ‘vakkenvuller’ dus, maar een danser die op dezelfde muziek als zijn collega’s, in samenspel met de klas een eigen choreografie bepaalt.

Wil je meer praktijkverhalen lezen? Lees dan hier meer.

De auteur

Pieter van Goinga
Werkte jarenlang in het bedrijfsleven. Hij vervulde diverse functies, vaak op HR-gebied, met als rode draad[…]
Bekijk de pagina van Pieter