Terug naar blogoverzicht

Welkom terug (maar nog niet helemaal)

Het regent buiten. Voor het eerst in lange tijd. Vanaf de zevende verdieping zie ik kromgebogen fietsers en bollende paraplu’s. Na een lange nazomer is de herfst aangebroken, maar ik maal er niet om. Ik geniet van de geluiden op de gang. Het bijna ouderwetse gelach en gekakel van studenten en collega’s. Te lang hebben we dat moeten missen.

Terug op school voelt als thuiskomen, zelfs de automatenkoffie smaakt goed. Bijna anderhalf jaar zijn we niet of nauwelijks op school geweest en was lesgeven vooral een kwestie van het opstarten van MS Teams. Terugkijkend was het een innoverende periode, zeker voor onze opleiding communicatie. We schakelden over op een nieuwe vorm van onderwijs: geen tentamens meer, maar een portfolio. Geen cijfers, maar feedback. Geen klassen meer, maar kleine leerteams van hooguit tien studenten. Geen docent meer, maar coach. Aldus kort samengevat een kleine revolutie in onderwijsland die samenviel met noodgedwongen thuis werken.

We proberen het beste uit de echte en online wereld te halen.

Maar nu is de werkelijkheid – gelukkig – weer anders. We mogen weer naar school, al zal het nooit weer als vanouds worden. Het voelt ook soms onwennig en vreemd aan. De ene dag is het heel erg druk, de andere dag zijn de lokalen nagenoeg leeg en loopt er hooguit een verdwaalde collega of student over de gang. Het geeft aan dat we momenteel op twee gedachten hinkelen, of anders gezegd: we proberen het beste uit de echte en online wereld te halen. In ieder geval geven de meeste hogescholen, ook de mijne, voorlopig voorrang aan een combinatie van fysiek en online, blended zoals dat heet. Dus fysiek als het kan, online als het beter uitkomt.

Binding

Waarom zou je studenten in alle vroegte, door alle herfststormen en ochtendspitsen heen, naar school jagen om perse om negen uur te kunnen beginnen? Dan kan je beter eerst online even opstarten. En waarom zouden bepaalde trainingen niet gewoon online gegeven kunnen blijven worden, zoals bv. budgetteren? (Ik noem maar een training die ik zelf niet geef). Dat is zeker te begrijpen. Maar nu we een paar weken op weg zijn, begint het wel te knagen: geven we niet te veel toe aan blended? Moeten we niet gewoon alles weer op locatie doen? In het onderwijs gaat het toch in eerste instantie om relatievorming, om binding?

In het onderwijs gaat het toch in eerste instantie om relatievorming, om binding?

Ik heb deze vraag voorgelegd aan mijn studenten uit mijn leerteam. Ze zitten nu in het tweede jaar en zijn dus de eerste studenten die hun propedeuse volledig online hebben gehaald. Tot mijn eigen verrassing vinden ze een of hooguit twee dagen naar school meer dan voldoende. En dat geldt niet alleen voor studenten die relatief van ver komen, maar ook van dichtbij.  Wat schuilt hierachter? Dat dit de eerste generatie is die probleemloos over kan schakelen op blended? Of hebben ze eigenlijk nog niet ontdekt wat de meerwaarde kan zijn van bepaalde trainingen op locatie?

Ik neig naar het laatste. Pas hadden we eindelijk weer een event op locatie. Het ging over storytelling en voor het event waren niet alleen onze eigen studenten uitgenodigd, maar ook internationale studenten. Een Duitse student was alleen gekomen en probeerde contact te krijgen met mijn groepje studenten die rond een tafeltje stond. Tevergeefs. Niemand deed moeite om hem erbij te betrekken, terwijl dit nota bene wel het doel was van het project. Toen ik mijn studenten vroeg waarom zij hem niet erbij hadden betrokken, zeiden ze: hij spreekt engels. Alsof dat het excuus was.

Mijn studenten kunnen digitaal uitstekend schakelen, maar in het echt gedragen ze zich ook vaak nog digitaal

Unmute

Dit soort kleine voorvallen geeft mijn inziens de valkuil aan van blended onderwijs: mijn studenten kunnen digitaal uitstekend schakelen, maar in het echt gedragen zich ook vaak nog digitaal. Alsof de andere student ook nog achter zijn scherm zit. Alsof je hem elke moment op ‘unmute’ kan zetten, zoals met die Duitse student. Juist bij communicatie gaat het ontmoeting en verbinding. Om nieuwsgierigheid naar de drijfveren van de ander. Via het scherm lukt dat niet. Dat kan alleen in het echt. Bijvoorbeeld met de training socratische gesprekstechnieken, waarin je geoefend wordt in je oordeel uit te stellen en maar door te blijven vragen. Met een open houding. Pas zijn we ermee gestart. Het lijkt zo simpel, maar het is moeilijker dan je denkt. Het gaat om focus en aandacht, maar als je mobieltje altijd lonkt en ratelt is dat lastig.

Het regent nog steeds, de wolken in Rotterdam geven geen uitzicht op verbetering. We nemen maar weer koffie of warme chocolade uit de automaat. Te zoet en veel te schuimig. Maar we zitten binnen en hebben alle tijd voor een goed gesprek.