Janine Stubbe
Janine Stubbe
Lector Performing Arts Medicine
Werkzaam bij Codarts Rotterdam

‘Bezig zijn met echte vragen uit de echte wereld’

Sport is haar hele leven al een rode draad. Ze tenniste op hoog niveau maar moest stoppen vanwege een blessure. Nu doet ze onderzoek naar het voorkómen van blessures. Na haar studie Bewegingswetenschappen aan de RUG promoveerde ze aan de VU. Ze werkte zeven jaar bij TNO als hoofd toegepast onderzoek. Sinds 2013 is ze lector op de Hogeschool van Amsterdam en sinds 2014 ook bij Codarts. Daarnaast is ze directeur van Umance – een bedrijf dat online tools biedt om blessures te voorspellen en voorkomen.

Van fundament naar praktijk
‘Sport en onderzoek doen heb ik altijd kunnen combineren binnen mijn loopbaan. Het type onderzoek is geleidelijk aan veranderd. Tijdens mijn promotie deed ik fundamenteel onderzoek; dan zit je veel achter de computer met grote databestanden, vaak solo. Bij TNO deed ik toegepast onderzoek naar sport. Op een gegeven moment wilde ik heel graag aan de slag met echte vragen uit de echte wereld.’ Binnen de HvA zette ze een lectoraat op rondom de fysieke en mentale gezondheid van topsporters. Dat combineerde ze in eerste instantie met haar baan bij TNO, totdat Codarts haar in 2014 ook benaderde.


Schakel
‘Ik vond het ontzettend leuk dat Codarts hiervoor open stond. Ik heb meteen aangegeven dat ik géén expert ben in de podiumkunsten. Wel in onderzoek doen. Binnen Codarts focus ik me op de fysieke en mentale gezondheid van performers: dansers, circusartiesten en muzikanten. Hoe gaan zij om met piekbelastingen en presteren onder druk? En met aspecten als heimwee?’ Ze vormt een mooie schakel tussen beide hogescholen. ‘Zo voeren we fysieke metingen waarmee we op de HvA zijn gestart nu ook uit bij de dansers van Codarts.’ Daarnaast schakelt ze graag met andere experts van de buiten de hogeschool: ‘Ik vind het belangrijk om samen te werken. Bijvoorbeeld met het VUmc, Erasmus MC, TU Eindhoven, de Vereniging voor Sportgeneeskunde en het Nederlands Centrum voor Performing Arts.’

De gemiddelde werkweek?
Samen met haar teams ontwikkelt ze nieuwe kennis en inzichten. ‘Soms moet ik op de hogeschool weer even de pet van de fundamenteel onderzoeker op zetten en anderen daarbij begeleiden.’ Ze brengt nieuwe kennis over binnen de hogeschool: ‘Naar een Health team of de studieloopbaanbegeleiders bijvoorbeeld.’ Ook werkt ze aan curriculumverbetering: ‘Zo zagen we binnen de opleiding ALO aan de HvA een blessurepiek in december, wanneer er meer vakken waren met sprongbelasting. Daar willen we het curriculum op aanpassen.’ Daarnaast besteedt ze veel tijd aan netwerkvorming. Ze zit in diverse werkgroepen en werkt aan vragen uit het netwerk, zoals een gezondheidsmonitor voor het Scapino Ballet.

Wens vervuld
Binnen het lectoraat van de HvA heeft ze vooral de rol van teamvoorzitter. Binnen het kleinschaligere Codarts heeft ze ook veel contact met docenten en studenten. ‘Docenten leid ik mee op in gezond denken. Daarnaast begeleid ik afstudeerders die meedraaien in lopende onderzoeken. Het kost vaak weinig moeite om enthousiaste studenten te vinden. Zo doen we nu een studie binnen tien professionele voetbalclubs; welke fysiotherapiestudent wil nu niet naar Jong PSV!’ Haar wens om met praktijkgerichte vragen bezig te zijn, is absoluut vervuld op de hogeschool: ‘Dat maakt het juist zo ontzettend leuk voor mij, de resultaten worden ook écht gebruikt.’