Terug naar blogoverzicht

De social workers van de toekomst

Vandaag is de eerste keer. Ze kennen elkaar nog niet. Ik zie de ontluikende volwassenen. Ze kiezen voor een vak dat vraagt om doorzettingsvermogen, om invoelend vermogen, om aansluiten en om te leren te luisteren. Ze zullen zichzelf een beetje leren kennen deze lessen. Ook zullen ze moeten leren om hun vak te promoten, de spin in het web durven zijn en de menselijke kant te blijven zien in de mallemolen van ons vaak zo complexe en bureaucratische hulpverleningsstelsel. Ze zijn in februari gestart met hun derdejaars stage Social Work.

De uitdaging

Soms zijn er tranen, verwarring en onzekerheid naar aanleiding van de eerste indruk. Vaak prachtige verhalen over ontmoetingen met cliënten en vragen over de beroepshouding en de stageopdrachten. Ook zijn er twijfels over de complexheid in het werken met verwarde of sombere mensen. Het doorzettingsvermogen dat dit vraagt. De omstandigheden waar ze in terecht komen. Het personeelstekort, de vele invallers, de verkeerde leidinggevende. Maar ook de rijke ontmoetingen, de eerlijkheid, de groei die ze doormaken als agogisch werker. Het komt allemaal aan bod. En bijna altijd zijn het prachtige bijeenkomsten, waar ik, maar ook de studenten een voldaan gevoel van krijgen.

We zitten in een kring. Het zijn er acht dit schooljaar. Ik zal ze begeleiden in hun professionele vorming in hun derde jaar Social work. Ze hebben gekozen voor het uitstroomprofiel Zorg. Dat betekent dat ze gaan werken in de VGZ of in de GGZ, de ouderenzorg, een ambulant wijkteam of een Fact-team. Maar altijd met kwetsbare mensen. Ik vind het een uitdaging en een eer om hun op weg te helpen om een goede en mooie professional te worden. Een die zich manifesteert, pro-actief kan zijn en die aan kan sluiten bij de wensen en behoeften van de zorgvragers.

Een toekomstbestendige social werker moet goed kunnen samenwerken, maar ook meebewegen in een soms complexe werkpraktijk.

Agoog

Ik vind het als professionele vorming docent belangrijk om goede en waardige Hbo-professionals af te leveren. Zij zijn immers de werkers van de toekomst. Ik vind het ook belangrijk om goed op de hoogte te zijn van wat er speelt in het werkveld. Waar lopen zij tegenaan? Hoe zorg je ervoor dat er werkelijk aandacht is voor Herstel in de GGZ. Juist die agoog kan invloed hebben op de werkpraktijk die soms nog te weinig afstemt op die menselijke kant. Er wordt van sociaal werkers verwacht dat zij de mensen die zij begeleiden stimuleren in de eigen regie. Tegelijkertijd moeten ze daar ook vragen bij leren stellen. Juist hele kwetsbare mensen hebben ondersteuning nodig. Dat vraagt om een goed onderzoek naar het begrip zelfredzaamheid. Een toekomstbestendige social werker moet goed kunnen samenwerken, maar ook meebewegen in een soms complexe werkpraktijk.

Ik bekijk ze, wil ze leren kennen, zoals zij mij. Ik zie ze graag zo in een kringetje, waardoor dat leren kennen gemakkelijker gaat. Bijna voorwaardelijk voor deze lessen die gaan over ervaringen in de praktijk, jezelf leren kennen, proactief aanwezig zijn op de stageplek, en leren kijken met een brede blik, met een onderzoekende houding.

Dit is mijn taak als docent, als begeleider; een veilige sfeer scheppen, waarin de verhalen kunnen rollen.

Eerlijk

Vandaag zijn ze eerlijk. Dit is mijn taak als docent, als begeleider; een veilige sfeer scheppen, waarin de verhalen kunnen rollen. Het verbaast me. Zo snel al. Sommige eerste indrukken waren verwarrend. Soms was het heel moeilijk om een juiste stageplek te vinden. Deze zijn schaars momenteel. Het personeelstekort binnen SW doen organisaties twijfelen om stagiaires op te nemen; dat kost tijd en investeringen van man-/vrouwkracht die ze niet hebben.

Ontroering

Ik leer ze een beetje kennen deze les. Het ontroert me altijd weer. Aandacht voor hun talenten, voor hun rafelrandjes en hun lastigheden. Maar ook voor hun methodisch handelen, voor het werken in een team, een organisatie met een visie, een methodiek en het samenwerken met anderen en met hun leidinggevende.

Hoe zorg ik ervoor dat zij het bachelorsdiploma straks in het vierde jaar gaan verdienen? Dat hun taakvolwassenheid wordt aangeboord? Dat is telkens weer een uitdaging. Zorgen dat ze er klaar voor zijn om straks het vierde jaar in te gaan.

Ze gaan in gesprek met elkaar. Ik zie met hoeveel vuur en aandacht ze hun eerste indrukken uitwisselen. Hoe ze elkaar lijken nodig te hebben en elkaar vraagstukken voorleggen (die ene moeilijke cliënt die ze niet begrijpen). Hoe ze elkaar bevestiging vragen en werktijden uitwisselen. Hoe moe ze zijn na een dag werken(de combinatie werken leren stuitert hen tegemoet.) en onzeker zijn over hun houding. Want hoe kritisch mogen ze eigenlijk zijn? En hoe verbinden ze de theoretische concepten die ze aangereikt krijgen aan de praktijk, die soms weerbarstig en tegenstrijdig is.

Dat ze mooie professionals kunnen worden zie ik. Dat er nog veel te doen valt in deze lessen ook. Om ze social workers van de toekomst te maken, die de werkvloer en de cliënten toekomt en die de weerbarstige praktijk kunnen hanteren.