‘Ik wil ervoor zorgen dat het ook áchter de coulissen soepel loopt’

Ze studeerde ooit aan de HAN en werkt er nu alweer jarenlang. Na de opleiding Culturele en Maatschappelijke Vorming aan de HAN en Leisure Studies aan de Universiteit van Tilburg, startte ze op de hogeschool als docent. ‘Ervoor zorgen dat het leerproces van studenten goed verloopt’, daar ging ze voor. Na een aantal jaar lesgeven is haar focus nog breder geworden: ‘Ik wil eraan bijdragen dat het complete onderwijsproces – alles wat ‘goed leren’ mogelijk maakt – soepel verloopt’. Dat doet ze als onderwijskundig beleidsmedewerker op verschillende manieren.

Hoe ben je in het hbo terecht gekomen?

‘Toen ik was afgestudeerd ben ik breed gaan rondkijken. Onderwijsfuncties, onderzoeksfuncties… Het onderwijs had altijd al mijn interesse; het leek mij heel mooi om studenten te helpen in hun leerproces. Bij de HAN was er een vacature voor Docent Culturele en Maatschappelijke Vorming – mijn oude opleiding! Het is snel gegaan. De ene week werd ik gebeld dat ik de baan had, de week erop kon ik al starten. Ik heb een week lang meegekeken met de colleges die anderen gaven. Een week later zou ik zélf al voor zo’n groep staan. Dat was wel even spannend.’

Hoe ging dat – ineens zelf voor de groep staan?

‘Dankzij mijn opleiding CMV had ik al regelmatig met groepen gewerkt. Die ervaring was fijn om op zak te hebben. Maar colleges verzorgen en werkgroepen begeleiden is toch weer anders. Wat in het begin trouwens ook even wennen was, was dat mijn eigen oud-docenten ineens collega’s waren! Ik ben meteen gestart met het behalen van mijn basiskwalificatie. Didactische werkvormen, goede toetsing, het voeren van ontwikkelgesprekken; alles komt aan bod en die kennis heb je ook echt nodig. In de loop van de jaren groei je als docent en durf je meer te experimenteren met andere werkvormen bijvoorbeeld.’

Hoe kijk je terug op de bijna zeven jaar dat je docent was?

‘In het begin heb ik vooral veel lesgegeven, verschillende vakken aan verschillende groepen, dus afwisseling genoeg. Tegelijk begon ik op een gegeven moment iets te missen. Vergelijk het met een theater. Wat er in de klas gebeurt, tussen docent en studenten, is dan het podium. Wat mij óók trok is wat er in de coulissen allemaal gebeurt en nodig is voor een goed onderwijsproces. Het curriculum op orde, goede toetsing, enzovoort. Dat ei kon ik kwijt in allerlei neventaken. Zo ben ik lid van de curriculumcommissie en toetswerkgroep geweest, coördinator, studieloopbaanbegeleider, kwaliteitszorgmedewerker.’

Je werd onderwijskundig beleidsadviseur. Wat houdt dat precies in?

‘Ik werk nu voor een deel op instituutsniveau: een dag per week werk ik bij het Instituut voor Maatschappelijke en Sociaal-Culturele Studies en ondersteun ik het management. Ik bereid vergaderingen voor, stel managementrapportages, jaarplannen en begrotingen mee op. In die rol heb ik natuurlijk contact met het management en het secretariaat, maar werk ik ook redelijk zelfstandig. Daarnaast werk ik twee dagen per week voor de hogeschoolbrede afdeling Onderwijs & Onderzoek, waar ik verschillende teams ondersteun bij onderwijskundige opdrachten. Zoals een pilot ‘flexibilisering deeltijd’ en het herschrijven van onderwijsmodules. Het een-op-een contact met studenten mis ik wel eens, maar deze rol in de coulissen ligt mij goed. Ik krijg er energie van als ik merk dat docenten en teams hun dagelijks werk – onderwijs ontwerpen en verzorgen – nóg beter kunnen verrichten.’

Hoe blijf je jezelf ontwikkelen?

‘Ik volg regelmatig een training of cursus. Net nog een cursus ‘Focusmanagement’ en ik ga een training ‘Visueel communiceren’ doen. Die ruimte krijg je wel van de hogeschool. Ook ga ik af en toe naar een congres of bezoek ik studiedagen. En je houdt de vakbladen en nieuwsbrieven bij.’

Wat zou je willen zeggen tegen anderen die overwegen om in het hbo te gaan werken?

‘Je komt terecht bij een heel veelzijdige organisatie waar je veel kansen krijgt. Je kunt veel nevenactiviteiten oppakken, er gebeurt bijvoorbeeld ook veel op het gebied van onderzoek. Uiteindelijk draait alles natuurlijk wel om de studenten. Dat is je doelgroep; hén wil je de kansen geven om zich te ontwikkelen.’