‘Eigenlijk moet je dezelfde eigenschappen hebben als studenten’
Ze is docent op de opleiding die ze zelf ooit volgde. Al tijdens haar opleiding was het haar duidelijk dat ze niet vijf dagen in de week als mondhygiënist in een praktijk wilde werken. In eerste instantie combineerde ze werken in de praktijk met lesgeven op de hogeschool. Nu werkt ze vier dagen op de hogeschool én ze runt samen met een collega een eigen bedrijf: ze verzorgen educatieve workshops over breinkennis.
Zat het lesgeven er altijd al in bij jou?
‘Op de basisschool wilde ik inderdaad juf worden! Het zat er altijd al in ja. Als ik voor de groep sta, voel ik me als een vis in het water; het gaat vanzelf, het past gewoon bij mij. Ik vind het erg leuk om met studenten te werken. Mijn grootste drive is: hoe leert iemand? Het is de kunst om goed te kijken naar wat een student nodig heeft – en elke student is weer anders. Lijkt iemand heel ongemotiveerd? Dan ga ik juíst het gesprek aan. Het kan heel verrassend zijn wat er dan naar boven komt. Altijd in gesprek zijn, dat vind ik heel belangrijk.’
Hoe ben je docent op de hogeschool geworden?
‘Al tijdens mijn studie gaf ik les, in eerste instantie als student-assistent. Ik was toen zelf derdejaars en verzorgde vakken voor de eerstejaars. Dat vond ik meteen erg leuk om te doen. Toen ik mijn scriptie alleen nog maar hoefde af te ronden, ben ik twee dagen per week in een vrije vestiging met mondhygiënisten gaan werken én heb ik een open sollicitatie binnen de HAN verstuurd. Ik kon drie dagen per week als docent aan de slag! Dat heb ik een paar jaar gecombineerd, heel nuttig, want je denkt dat je er bent als je bent afgestudeerd, maar in de praktijk heb ik nog enorm veel bijgeleerd. In 2015 ben ik naast het lesgeven gestart met een master aan de Vrije Universiteit van Amsterdam, Hoger gezondheidsonderwijs. Ik ben toen een dag minder in de praktijk gaan werken en uiteindelijk helemaal gestopt daar, omdat het wat veel werd bij elkaar. In januari 2018 heb ik mijn master behaald en kon ik vier dagen per week op de hogeschool gaan werken. Op dit moment ben ik voor mezelf aan het bekijken hoe ik een nieuwe invulling kan geven aan de praktijkcomponent.’
Hoe ziet jouw gemiddelde werkweek eruit?
‘Ik geef twee dagen praktijkles in een grote kliniekzaal hier op de hogeschool. Een dagdeel per week verzorg ik werkgroepen (tutorgroepen). Daar ligt mijn hart wel, hoorcolleges vind ik zo onpersoonlijk. Een tutorgroep is een stuk kleinschaliger, dan werk je met zo’n twintig studenten. Ook verzorg ik een halve dag per week scriptiebegeleiding, vaak in tweetallen dus dan heb je intensief contact met je studenten. Dat maakte deel uit van mijn master en het beviel goed. Daarnaast zijn er verschillende overlegmomenten en ik heb een portefeuille Kwaliteitszorg.’
Wat voor type docent ben jij?
‘Ik denk heel toegankelijk en open. Maar ook heel duidelijk en consequent.’ Lachend: ‘Mijn regels zijn mijn regels. We hebben hier circa zeventig studenten in een jaar, dat is overzichtelijk, ik ken ze allemaal bij naam. Je ziet ze een paar keer per week en leert ze goed kennen. Zit iemand niet lekker in z’n vel of doet hij of zij niet mee in de groep? Dan zal ik nooit zeggen: hup, de schouders eronder! Het begint voor mij altijd met een klein gesprekje. Hoe gaat het? Scheelt er iets?’
Wat wil je je studenten meegeven?
‘Dat je altijd ergens goed in bent. Hoe kun je je eigen kwaliteiten ontdekken en inzetten? Daar begeleid ik mijn studenten graag bij. Als je ziet hoe sommigen hier binnenkomen en dan na vier jaar gaan afstuderen – dat is zo mooi!’
Hoe blijf jij jezelf ontwikkelen?
‘Ik blijf in contact met patiënten dankzij de praktijklessen aan studenten. Zij doen het werk, maar ik kijk wel mee. Door de scripties die ik begeleid, blijf ik ook op de hoogte van de laatste literatuur. En ik heb samen met een collega een eigen bedrijf opgezet, Mind Your Own Business. Er is veel onderzoek gedaan naar de werking van het brein in het onderwijs: hoe leer je anderen leren? Dat boeit me, ik ben me er dus verder in gaan verdiepen. Op een gegeven moment hebben we op een docentendag een workshop verzorgd met basiskennis over het brein, en hoe je die in je lessen kunt verwerken. Later ook nog een keer op de Hogeschool Utrecht. De reacties waren zo positief, er is soms nog weinig over bekend bij collega-docenten, dat we nu op meerdere plekken workshops verzorgen.’
Wie zou je het aanraden om in het hbo te gaan werken?
‘Je kunt verschillende redenen hebben om in het hbo te willen werken, als je het maar doet vanuit je eigen overtuiging. Uitdagend en afwisselend is het sowieso! Ga je als docent aan de slag, dan sta je de ene keer midden in de groep en geef je veel input, een andere keer zit het hem in een kleine inspanning vanaf de zijlijn. Eigenlijk moet je dezelfde eigenschappen hebben als studenten: flexibel zijn, nieuwsgierig zijn, en ja soms ben je ook wel eens een dag minder gemotiveerd. Je moet je in élk geval goed kunnen inleven hierin. Dan durf ik wel te zeggen dat je er ontzettend veel voor terug krijgt! Ik krijg nog elke dag veel energie van mijn studenten.’
Meer over
-
Wie:
Joes van de Wiel (1992)
-
Wat:
Docent Mondzorgkunde
-
Waar:
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen
-
Privé:
Woont samen met haar vriend in Tilburg
-
Hobbies:
Boswandelingen maken en in de zomer wielrennen
-
Motto:
Difficult roads often lead to beautiful destinations